Speelronde 3

Opdracht van de week: Vandaag doe ik één ding tegelijk en maak af waaraan ik ben begonnen

Deze week staat de opdracht van de week in het teken van ‘zelfstandigheid’. Zelfstandig werken betekent dat je zelf aan de slag gaat met een opdracht en wanneer je niet meer weet wat je moet doen, zelf nadenkt over een oplossing. Wanneer je een opdracht krijgt, is het belangrijk je weet wat je moet doen en wat je daarvoor nodig hebt. Ook het werken in een bepaalde volgorde is iets waar je aan moet denken. Hierdoor houd je het overzicht en voorkom je dat je dingen vergeet. Op school en thuis kunt u aandacht besteden aan de opdracht van de week, door te vragen wat er bij Playing for Success is besproken en hoe hij/zij er mee aan de slag is gegaan. Vervolgens kan besproken worden op welke manier je hier buiten PfS mee aan de slag kunt gaan. Bespreek wat de voordelen van vragen stellen zijn? Laat het kind zelf met ideeën komen. Hoe gaat hij/zij dit aanpakken en in welke situaties gaat hij/zij stappen zetten? Vervolgens kunnen er afspraken gemaakt worden en gedurende de week kunt u het kind de opdracht van de week laten herhalen.

Deze speelronde begonnen de kinderen in hun vaste groepje met de opdrachten ‘Maak het maar’ en ‘Het Elftal’

Maak het maar: Morgan, Dylaja, Tolin en Elif                                                                                              Bij deze opdracht maken de kinderen verschillende producten voor de fan shop van hun voetbalclub om te verkopen. Na het bekijken van een filmpje over de opdracht en het lezen van het stappenplan, overleggen de kinderen over wie wat gaat maken. Zo kunnen ze kiezen uit bijv. een doosje, een sleutelhanger, een button, krimpie dimpie, strijkkralen of een tasje. Ieder kind maakt iets anders. Nadat ze het ontwerp gemaakt hebben en aan de begeleider hebben laten zien, mogen ze starten met de opdracht. Tijdens het werken aan de opdracht mogen de kinderen elkaar ook tips geven. Creatief bezig zijn, overleggen en samenwerken staan tijdens deze opdracht centraal. De begeleider bekijkt tijdens deze opdracht hoe het proces van overleggen verloopt en op welke manier de kinderen met de opdracht aan de slag gaan. Werken ze zelfstandig? Stellen ze vragen? Wat doen ze gedurende de opdracht? Hebben ze aandacht voor elkaar en voor het werk van de ander? In welke mate betrekken de kinderen elkaar bij de opdracht? Behalve het creatieve element, staat bij deze opdracht ook het samenwerken, overleggen en zelfstandig werken centraal.

Het Elftal: Sulaiman, Kayden en Vinz                                                                                                            Het doel van de opdracht is dat alle kinderen zelfstandig een gedicht maken, een zgn. elfje: Een gedicht dat uit elf woorden bestaat. De kinderen beginnen met het maken van een woordweb van hun eigen voetbalclub. Van dit woordweb kiezen ze één woord uit waar ze uiteindelijk hun elfje over maken. Nadat het woordweb is gemaakt, gaan de kinderen hun idee uitwerken. Dit doen ze eerst in het klad. Daarna werken ze hun idee uit op papier. Aan het eind hebben de kinderen hun eigen elfje en een bijhorende tekening. Bij deze creatieve opdracht staat het overleggen, samenwerken en het werken met taal centraal. Begeleiders letten tijdens deze opdracht op de houding van de kinderen en de manier waarop ze met een opdracht aan de slag gaan. Op welke manier wordt het stappenplan gebruikt? In welke mate werken de kinderen zelfstandig aan de opdracht en wat doen ze met de tips die ze van de begeleider krijgen?

Tijdens deze opdracht waren er drie kinderen die een appeltaart mochten bakken.

Appeltaart                                                                                                                                                                 Drie kinderen mochten al direct mee met juf Nicole.  Zij maakten samen een appeltaart. Tijdens het bakken van de appeltaart gaat de begeleider met het kind in gesprek over het coaching kaartje. Ieder kind mag na afloop het coaching kaartje mee naar huis nemen. Zo kan het kind hier ook op school mee aan de slag.

Neo: Ik durf het ook al voel ik mijzelf verlegen!                                                                                            DJ: STOP! Ik kan wachten

Bij het bakken van de appeltaart staat niet alleen het proces van bakken centraal, maar zijn de kinderen ook bezig met begrijpend lezen. Met elkaar wordt de achterkant van de verpakking gelezen en bepaald wat er moet gebeuren. Daarnaast moet ieder kind uitrekenen hoeveel hij/zij van ieder ingrediënt nodig heeft. Het uitrekenen mag uit het hoofd, maar er mag ook een rekenmachine gebruikt worden. Het gaat er om dat ieder kind uiteindelijk een eigen appeltaart maakt (zijn eigen appels snijdt en zelf het deeg kneedt). Aan het eind van de speelronde neemt ieder kind zijn eigen appeltaart mee naar huis. De begeleider bekijkt tijdens de opdracht hoe het proces van overleggen verloopt en op welke manier de kinderen met de opdracht aan de slag gaan. Behalve het proces van het bakken, staat bij deze opdracht ook het rekenen, begrijpend lezen, samenwerken en overleggen centraal. 

In de tweede helft werkten de kinderen in groepjes aan de opdrachten ‘In de Wolken’, ‘Find it’ en ‘Hit ‘em’.

In de Wolken: Neo en Sulaiman                                                                                                                         Bij deze opdracht werken de kinderen gezamenlijk aan een stripverhaal. Met elkaar bedenken de kinderen eerst een verhaal. Het verhaal moeten ze vervolgens in zes verschillende foto’s uitbeelden. Daarna mogen ze in en om het stadion hun foto’s maken. Als alle foto’s gemaakt zijn, gaat de groep terug naar het leercentrum waar ze de foto’s in een PowerPoint presentatie verwerken en er tekstballonnen aan toevoegen. Met elkaar maken de kinderen zo hun stripverhaal compleet. Overleggen, samenwerken, jezelf presenteren, computervaardigheden en de mondelinge taalvaardigheid staan tijdens deze opdracht centraal. De begeleider kijkt tijdens de opdracht op welke manier er met elkaar overlegd wordt, of de kinderen open staan voor de ideeën van de anderen en op welke manier de kinderen zichzelf presenteren.

Find it!: Tolin, Morgan                                                                                                                                           Bij deze opdracht werken de kinderen eerst individueel aan een opdracht op taal- of rekenopdracht. Voor iedere twee minuten dat de kinderen geconcentreerd aan de opdracht werken, kunnen ze foto’s verdienen. Deze foto’s zijn in en om het stadion genomen. Met elkaar gaan de kinderen daarna op zoek naar de plekken waar de foto’s genomen zijn. Wanneer ze de plek gevonden hebben, moeten ze overleggen op welke manier ze op een zo origineel mogelijke manier op de foto gaan. Tijdens het werken aan de opdracht mogen de kinderen elkaar ook tips geven. Creatief bezig zijn, overleggen, samenwerken en jezelf presenteren, staan tijdens deze opdracht centraal. De begeleider bekijkt tijdens deze opdracht hoe het proces van overleggen verloopt en op welke manier de kinderen met de opdracht aan de slag gaan. Werken ze zelfstandig? Stellen ze vragen? Op welke manier gaan ze met de opdracht aan de slag? Behalve het taal- en/of rekenelement staat bij deze opdracht ook het samenwerken, overleggen en zelfstandig werken centraal.

Hit ‘m: Vinz & Kayden, Dylaja, DJ & Elif                                                                                                         Bij deze opdracht werken de kinderen in tweetallen. In hun tweetal werken ze drie verschillende onderdelen van een circuit af: gooien, schieten en rollen. Voordat ze hiermee gaan beginnen, wordt er onderling afgesproken wat ‘raak’, ‘bijna raak’ en ‘mis’ is. Per onderdeel krijgt het tweetal tien minuten de tijd om hun opdracht wisselend uit te voeren. Wanneer de een aan de beurt is, is het aan de ander van het tweetal om de score bij te houden d.m.v. turven.
Als alle opdrachten door alle tweetallen zijn gedaan, berekent ieder kind (met hulp van een begeleider) van één onderdeel zijn/haar percentages ‘raak’, ‘bijna raak’ en ‘mis’. Behalve de rekenvaardigheid (het omzetten van een score naar een percentage), staan bij deze opdracht ook het overleggen en samenwerken centraal.

Wist u dat?

  • Elif geconcentreerd kan werken?
  • Rosalina vandaag ziek was?
  • Tolin op de tribune genoot van de zon?
  • Dylaja goed is in bowlen?  
  • Sulaiman even een agent was?
  • DJ trots was op zijn shirt van Max Verstappen?
  • Morgan een tasje maakte?
  • Neo zich afvroeg wanneer hij een rondleiding krijgt?
  • Vinz een elfje maakte over de tribune?
  • Kayden een goed gesprek had met juf Nicole?

Voor de foto’s van deze speelronde klik hier

Dit bericht is geplaatst in B!ngoal Stadion, Weblog. Bookmark de permalink.

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.