Opdracht van de week: Vandaag vraag ik hulp voor de dingen die ik niet begrijp
Ook deze week staat de opdracht van de week in het teken van ‘zelfstandigheid’. Zelfstandig werken betekent dat je zelf aan de slag gaat met een opdracht en wanneer je niet meer weet wat je moet doen, zelf nadenkt over een oplossing. Een oplossing kan zijn: ‘hulp van een ander inschakelen’. Dit kan zijn een klasgenoot, maar ook een meester of een juf. Met de kinderen is besproken wat hier de voordelen van zijn. Zo weet je beter wat je moet doen waardoor je betere resultaten kunt behalen. Op school en thuis kunt u aandacht besteden aan de opdracht van de week, door te vragen wat er bij Playing for Success is besproken en hoe hij/zij er mee aan de slag is gegaan. Vervolgens kan besproken worden op welke manier je hier buiten PfS mee aan de slag kunt gaan. Bespreek wat de voordelen van vragen stellen zijn? Laat het kind zelf met ideeën komen. Hoe gaat hij/zij dit aanpakken en in welke situaties gaat hij/zij stappen zetten? Vervolgens kunnen er afspraken gemaakt worden en gedurende de week kunt u het kind de opdracht van de week laten herhalen.
In de eerste helft werkten de kinderen aan de opdrachten ‘In de Wolken’, het Babbelspel en ‘Vloertje leggen’.
In de Wolken: Lucia, Farah en Thomas Bij deze opdracht werken de kinderen gezamenlijk aan een stripverhaal. Met elkaar bedenken de kinderen eerst een verhaal. Het verhaal moeten ze vervolgens in zes verschillende foto’s uitbeelden. Daarna mogen ze in en om het stadion hun foto’s maken. Als alle foto’s gemaakt zijn, gaat de groep terug naar het leercentrum waar ze de foto’s in een PowerPoint presentatie verwerken en er tekstballonnen aan toevoegen. Met elkaar maken de kinderen zo hun stripverhaal compleet. Overleggen, samenwerken, jezelf presenteren, computervaardigheden en de mondelinge taalvaardigheid staan tijdens deze opdracht centraal. De begeleider kijkt tijdens de opdracht op welke manier er met elkaar overlegd wordt, of de kinderen open staan voor de ideeën van de anderen en op welke manier de kinderen zichzelf presenteren.
Het Babbelspel: Menno, Lisa, Ishaq De kinderen oefenen bij dit spel spelenderwijs hun sociale vaardigheden. Met behulp van foto’s moeten de kinderen bijvoorbeeld een verhaal vertellen of iets uitbeelden. Ook wordt er gebruik gemaakt van een rollenspel en op welke manier lossen kinderen spelenderwijs iets op. Daarnaast werden vragen gesteld als: ‘Waarom heeft een blinde een blindengeleidehond?’ of ‘Wat is een vegetariër?’
Vloertje leggen: Anton, Lestly, Celal & Joshua Met Vloertje leggen gaan de kinderen in tweetallen aan de slag met het begrip vierkante meter. Door eerst een vierkante meter met vouwblaadjes neer te leggen, ontstaat het begrip van een ‘vierkante meter’ en het begrip ‘oppervlakte’. Daarna gaan ze de lengte en de breedte van de verschillende kleden in de grote ruimte (de Residentie) schatten en opmeten. Wanneer ze dat gedaan hebben, kunnen ze ook de oppervlakte berekenen. Met de kinderen wordt besproken op welke manier ze dit noteren. Tijdens deze opdracht staat het werken aan de rekenvaardigheden (metriek stelsel) centraal. Gedurende de opdracht wordt door een begeleider gekeken hoe de samenwerking en het overleg verloopt.
In de tweede helft deden we met de hele groep verschillende opdrachten tijdens een Circuit.
Circuit
Tijdens het circuit worden er verschillende spellen gespeeld die vooral te maken hebben met emoties. N.a.v. de verschillende spellen wordt door de begeleiders geprobeerd hierover met de kinderen in gesprek te gaan. Er wordt gekeken naar de mate waarin het kind een gesprek aangaat. Durft het open te zijn? Stelt het kind vragen aan de ander?
Op handen en voeten
Bij deze opdracht staat het samenwerken centraal. De kinderen krijgen de opdracht om met een bepaald aantal handen en/of voeten naar de overkant te lopen. Met elkaar moeten de kinderen overleggen hoe ze dat willen doen. Daarna voeren ze hun van tevoren bedachte plan samen uit. De begeleiders kijken tijdens deze opdracht of de kinderen daadwerkelijk overleggen en zich aan de taakverdeling houden.
Letterpret
Bij deze opdracht werken de kinderen in drie groepjes. Per groepje ‘trekken’ de kinderen één letter. Vervolgens krijgen de kinderen een aantal vragen. De antwoorden op de vragen moeten beginnen met de letter die de kinderen hebben getrokken. Hierbij is het belangrijk dat de kinderen samenwerken en overleggen over een gezamenlijk antwoord.
Welles Nietes
Bij deze opdracht moesten de kinderen n.a.v. een stelling over Playing for Success of ADO Den Haag, bepalen of iets waar was of niet. Dit lieten ze zien door een kant te kiezen. Eigen keuzes maken en hierbij jezelf zijn, staat tijdens deze opdracht centraal.
Wist u dat?
- Celal naar Spanje op vakantie gaat?
- Ishaq zijn strijkkralen afmaakte?
- Lucia vandaag het stadion bewaakte?
- Antoni samen wilde werken met juf Willie tijdens ‘Vloertje leggen’?
- Thomas captain Storky was?
- Lisa de dag van het goochelen het leukst vond?
- Menno nu weet welke kwaliteiten hij heeft?
- Lestly de tweede keer Playing for Success ook leuk vond?
- Joshua met zijn opa gaat vissen?
Voor de foto’s van deze speelronde klik hier