Dag 4

De opdracht van de week is: Vandaag geef ik het niet te snel op

Vandaag was alweer de derde speelronde van Playing for Success. Deze en komende week kunnen de kinderen verder werken aan hun leerdoel(en). Het domein motivatie staat de komende weken centraal. Om hier ook thuis en op school aan te kunnen werken kunt u de opdracht van de week met het kind bespreken. Wat betekent de opdracht van de week? Waar heeft het mee te maken? (doorzetten) Op welke momenten kan je hieraan werken? Zo kan een kind, bij een moeilijke opdracht, tegen zichzelf zeggen: “Ik kan het” of: “Ik ga het proberen”. Wanneer het dan nog niet lukt, mag het kind altijd om hulp vragen. Hiermee leert het kind zijn/haar eigen verantwoordelijkheid te nemen en leert het dat het niet erg is wanneer iets moeilijk is. Een compliment geven wanneer een kind doorgezet heeft, bevordert het zelfvertrouwen en leert hem/haar om met moeilijke situaties/dingen om te gaan.

Deze bijeenkomst begonnen we met het Tribunespel.

Tribunespel

Er werden door de kinderen vier teams samengesteld; hoe doe je dat op een manier die fijn voor iedereen is? Hier hebben we over gesproken. Ieder team had een kleur: geel, blauw of groen. De kinderen kregen kaartjes met namen van sporten Elk team had een eigen vak van een stuk tribune. In dat vak moesten er kaartjes in de juiste kleur gezocht worden met de sporten erop. Om de beurt mocht er gezocht worden en moest het gevonden kaartje naar het team gebracht worden. Voordat het volgende kind mocht gaan zoeken, moest er eerst overlegd worden wat de naam van de sport was. De juiste naam moest bij het juiste plaatje gelegd worden. Er werd actief gezocht en samengewerkt; overleggen wat het antwoord kan zijn, maar ook iemand overtuigen en betrekken bij de discussie. Leuk om te zien!

Na de pauze deden de kinderen de opdracht ‘Power’.

Power!

De kinderen gingen in tweetallen verschillende korte opdrachten langs die ze een minuut lang moesten uitvoeren. Zo moesten ze bijv. een sprintje trekken, een minuut lang met hun ogen dicht op één been staan of een kikkersprong maken. De taak van de ander was om zijn/haar duo te motiveren of aanwijzingen te geven. Het aanmoedigen (of aanwijzingen geven) bleek vaak nog lastiger dan de opdracht zelf. Iedereen deed zijn best, heeft doorgezet en alle onderdelen uiteindelijk gedaan.

Voor foto’s van deze dag klik hier

 

Dit bericht is geplaatst in Sportcampus Zuiderpark, Weblog. Bookmark de permalink.