De opdracht van de week is: Vandaag toon ik belangstelling voor een ander
Deze week staat de opdracht van de week in het teken van ‘samenwerken’. Zo bespreken we met de kinderen wat er komt kijken bij het maken van het eerste contact. Wanneer kinderen contact maken, is het belangrijk dat je open staat voor een ander. Het eerste contact kun je leggen door bijv. een vraag te stellen aan een ander kind. Hierbij kun je denken aan: Wat zijn je hobby’s? Op welke school zit je? Hoe oud ben je? Op deze manier kun je ander beter leren kennen. Ook wanneer je samen aan een opdracht moet werken, kun je dit proberen toe te passen. Thuis en op school kunt u de opdracht van de week met het kind bespreken en het kind laten vertellen op welke momenten je deze opdracht kunt toepassen. Wanneer een kind aan de opdracht van de week heeft gewerkt, kunt u hem/haar complimenteren. Op het moment dat een kind het lastig vindt om het eerste contact te leggen, kunt u bespreken wat hij/zij bij Playing for Success heeft geleerd en welke vragen er gesteld kunnen worden om het eerste contact te leggen. Vervolgens kunnen er afspraken gemaakt worden en gedurende de week kunt u het kind de opdracht van de week laten herhalen.
Vraag maar raak
Vandaag was het een speciale dag bij Playing for Success. We kregen bezoek van Jerry van Wolfgang, een speler van ADO Den Haag.
Speler op bezoek
Voordat de speler komt, wordt met de kinderen besproken wat open en gesloten vragen zijn. Daarna gaan de kinderen in twee groepen uiteen. Vervolgens bedenkt iedereen om de beurt een vraag. Ieder kind schrijft alle vragen op. Wanneer de speler later aansluit bij het groepje mag ieder kind zijn/haar eigen vraag aan de speler stellen. Als de speler komt, neemt hij plaats achter de desk en heeft voor ieder kind een vraag. Het kind voor wie de vraag is, moet dan naar voren komen en deze beantwoorden. De begeleiders kijken ondertussen naar hoe het kind zichzelf presenteert. Kijkt het kind de speler aan? Hoe staat het kind? Op welke manier wordt er een antwoord gegeven? En wanneer het kind antwoord geeft, wat is dan de houding van het kind? Daarna mag ieder kind met beide spelers op de foto. Na de vragen van de speler, is het de beurt aan de kinderen. Om beurten mogen zij hun vraag aan de speler stellen. De vragen die de kinderen in de eerste helft hadden gemaakt, mochten ze nu eindelijk stellen aan de spelers! De antwoorden verwerkten ze op hun eigen vragenblad. Daarnaast krijgen de kinderen ook nog de gelegenheid om hun eigen vragen aan de speler te stellen. Tijdens het interview wordt door de begeleiders bekeken of de kinderen uit zichzelf het gesprek aangaan met de speler. Tonen ze belangstelling? En geven ze een ander kind ook de ruimte om zijn/haar vraag te stellen?
Ren je Rot
Tot slot wordt het spel ‘Ren je Rot’ met de speler gespeeld. De kinderen en spelers worden in drie groepen verdeeld. Met elkaar moeten ze op zoek naar vragen die verspreid in de ruimte liggen. De kaarten liggen omgekeerd en door elkaar heen, zodat de kinderen niet kunnen zien waar de vragen liggen. Ieder groepje begint met het zoeken van een andere vraag en tellen vervolgens door. Van tevoren wordt met het team overlegd in welke volgorde de kinderen gaan rennen. Om beurten gaan de kinderen op zoek naar het nummer van hun vraag en zodra ze deze gevonden hebben, onthouden ze deze vraag en ‘nemen’ ze deze mee naar hun groepje. Daarna is het de bedoeling dat de kinderen met elkaar overleggen over het antwoord. De volgende mag pas rennen op het moment dat het antwoord is opgeschreven. Het antwoord kan opgeschreven worden door een begeleider, een speler, maar ook door een kind uit het groepje. Dit spel is bij de kinderen bekend, omdat ze dat de eerste speelronde ook al hebben gedaan en dus bekend zijn met de werkvorm. De activiteit verliep prima en de speler en leerlingen hebben genoten van de leuke samenwerking waarbij het toch wel spannend was om oog in oog te staan met een speler van ADO Den Haag!
Voor foto’s van deze speelronde klik hier