De opdracht van de week is: Vandaag weet ik dat ik niet in alles goed hoef te zijn. Ik ben goed genoeg.
Deze week staat de opdracht van de week in het teken van ‘zelfvertrouwen’.
Zo bespreken we met de kinderen wat er komt kijken bij zelfvertrouwen en wat je kunt doen om meer in jezelf te geloven. Hierbij valt te denken aan het trots zijn op wat je hebt gedaan of jezelf een compliment geven. Met de kinderen wordt besproken dat je niet in alles goed hoeft te zijn, maar dat je zelf het best weet of je je best hebt gedaan om iets te bereiken. Dit weet je pas achteraf. Ook dan kun je voor jezelf bedenken wat je misschien anders had kunnen doen. Wanneer dit niet het geval is, kun je ook tevreden zijn met het resultaat en trots zijn op wat je hebt bereikt. Thuis en op school kunt u de opdracht van de week met het kind bespreken en het kind laten vertellen op welke momenten je deze opdracht kunt toepassen. Wanneer een kind aan de opdracht van de week heeft gewerkt, kunt u hem/haar complimenteren. Op het moment dat een kind het lastig vindt om zichzelf een compliment te geven, kunt u bespreken wat hij/zij bij Playing for Success heeft geleerd. Vervolgens kunnen er afspraken gemaakt worden en gedurende de week kunt u het kind de opdracht van de week laten herhalen.
In de eerste helft werkten de kinderen aan hun PowerPoint of maakten ze een vlog.
PowerPoint: Janay, Guusje, Derian, Cloë, Nikita, Xinjie, Maxima
Bij deze opdracht maken de kinderen een presentatie over een opdracht van Playing for Success. Het onderwerp werken ze eerst uit op papier voordat ze dit in een presentatie gaan verwerken. Belangrijk is dat het verhaal in steekwoorden in de presentatie wordt verwerkt. Wanneer er nog tijd over is, kunnen de kinderen afbeeldingen invoegen en werken aan de lay-out van hun presentatie. Tijdens deze opdracht leren de kinderen werken met het programma PowerPoint aan de hand van een stappenplan. Door de begeleiders wordt gekeken of de kinderen in staat zijn om zelfstandig aan de opdracht te werken. Gebruiken ze het stappenplan? Vragen ze om hulp? Op welke manier gaan de kinderen aan de slag? Daarnaast wordt er gekeken of de kinderen in staat zijn om een verhaal in steekwoorden te noteren. Zelfstandig werken, gebruiken van computervaardigheden (werken met het programma PowerPoint) en het werken aan de taalvaardigheid (gebruik van steekwoorden) staan tijdens deze opdracht centraal.
Vlog: Cloë en Hans; Shalon; Noa
In tweetallen spreken de kinderen af waar ze over willen vloggen en hoe ze dit willen gaan aanpakken. Nadat ze dit met elkaar afgesproken hebben, gaan ze aan de slag en maken ze hun eigen vlog over iets dat ze bij Playing for Success hebben gedaan of hebben geleerd. Het resultaat zullen we tijdens de afsluiting laten zien.
In de tweede helft werkten de kinderen aan de opdrachten ‘In de Wolken’, ‘Hit em’ en ‘Find it’.
In de Wolken: Nikita en Noa
Bij deze opdracht werken de kinderen gezamenlijk aan een stripverhaal. Met elkaar bedenken de kinderen eerst een verhaal. Het verhaal moeten ze vervolgens in zes verschillende foto’s uitbeelden. Daarna mogen ze in en om het stadion hun foto’s maken. Als alle foto’s gemaakt zijn, gaat de groep terug naar het leercentrum waar ze de foto’s in een PowerPoint presentatie verwerken en er tekstballonnen aan toevoegen. Met elkaar maken de kinderen zo hun stripverhaal compleet. Overleggen, samenwerken, jezelf presenteren, computervaardigheden en de mondelinge taalvaardigheid staan tijdens deze opdracht centraal. De begeleider kijkt tijdens de opdracht op welke manier er met elkaar overlegd wordt, of de kinderen open staan voor de ideeën van de anderen en op welke manier de kinderen zichzelf presenteren.
Hit ‘m: Shalon, Derian, Xinjie, Guusje
Bij deze opdracht werken de kinderen in tweetallen. In hun tweetal werken ze drie verschillende onderdelen van een circuit af: gooien, schieten en rollen. Voordat ze hiermee gaan beginnen, wordt er onderling afgesproken wat ‘raak’, ‘bijna raak’ en ‘mis’ is. Per onderdeel krijgt het tweetal tien minuten de tijd om hun opdracht wisselend uit te voeren. Wanneer de een aan de beurt is, is het aan de ander van het tweetal om de score bij te houden d.m.v. turven.
Als alle opdrachten door alle tweetallen zijn gedaan, berekent ieder kind (met hulp van een begeleider) van één onderdeel zijn/haar percentages ‘raak’, ‘bijna raak’ en ‘mis’. Behalve de rekenvaardigheid (het omzetten van een score naar een percentage), staan bij deze opdracht ook het overleggen en samenwerken centraal.
Find it!: Hans, Maxima en Janay
Bij deze opdracht werken de kinderen eerst individueel aan een opdracht op taal- of rekenopdracht. Voor iedere twee minuten dat de kinderen geconcentreerd aan de opdracht werken, kunnen ze foto’s verdienen. Deze foto’s zijn in en om het stadion genomen. Met elkaar gaan de kinderen daarna op zoek naar de plekken waar de foto’s genomen zijn. Wanneer ze de plek gevonden hebben, moeten ze overleggen op welke manier ze op een zo origineel mogelijke manier op de foto gaan. Tijdens het werken aan de opdracht mogen de kinderen elkaar ook tips geven. Creatief bezig zijn, overleggen, samenwerken en jezelf presenteren, staan tijdens deze opdracht centraal. De begeleider bekijkt tijdens deze opdracht hoe het proces van overleggen verloopt en op welke manier de kinderen met de opdracht aan de slag gaan. Werken ze zelfstandig? Stellen ze vragen? Op welke manier gaan ze met de opdracht aan de slag? Behalve het taal- en/of rekenelement staat bij deze opdracht ook het samenwerken, overleggen en zelfstandig werken centraal.
Wist u dat?
- Cloë met Halloween naar Toverland is geweest?
- Hans het nu beter vond gaan met de vlog?
- Nikita een goed geheugen heeft?
- Dérian op school met chromebooks gaat werken?
- Guusje naar de wedstrijd van ADO was geweest?
- Janay heeft geholpen met het presenteren van het dagprogramma?
- Shalon doorzette bij Hit ‘em?
- Maxima Halloween heeft gevierd?
- Xinjie zijn kwaliteiten wil leren kennen?
- Noa zelfstandig een vlog maakte?
Voor foto’s van deze speelronde klik hier