Speelronde 6

De opdracht van de week is: Vandaag geef ik iemand een compliment

Deze week staat de opdracht van de week in het teken van ‘samenwerken’. Zo bespreken we met de kinderen wat er komt kijken bij samenwerken en wat je kunt doen om het eerste contact te leggen. Met de kinderen wordt besproken dat wat komt kijken bij een positieve samenwerking. Zo maak je een taakverdeling aan het begin van een opdracht, overleg je met elkaar, sta je open voor de ideeën van de ander en mag je ook je eigen mening geven. Om de samenwerking positief te laten verlopen, is het fijn om tijdens het werken aan een opdracht een compliment te geven aan een ander. Wanneer je een compliment geeft, geeft dit de ander een fijn gevoel. Zo kan je iemand een compliment geven over iets wat hij/zij kan of over iets wat je in de ander waardeert. Thuis en op school kunt u de opdracht van de week met het kind bespreken en het kind laten vertellen op welke momenten je deze opdracht kunt toepassen. Wanneer je iets aardigs doet voor een ander, zal een ander vaak ook positief op jou reageren. Wanneer een kind aan de opdracht van de week heeft gewerkt, kunt u hem/haar complimenteren. Op het moment dat een kind het lastig vindt om het eerste contact te leggen, kunt u bespreken wat hij/zij bij Playing for Success heeft geleerd en welke vragen er gesteld kunnen worden om het eerste contact te leggen. Vervolgens kunnen er afspraken gemaakt worden en gedurende de week kunt u het kind de opdracht van de week laten herhalen.

In de eerste helft werd er in de vaste groepjes gewerkt aan de opdrachten ‘Het Elftal’ en ‘Maak het maar’.

 Groep 1: Maria, Virgill en Shervin                                                                                                     Groep 2: Zakaria, Nienke, Kaya

Het Elftal: Nienke en Zakaria                                                                                                                            Het doel van de opdracht is dat alle kinderen zelfstandig een gedicht maken, een zgn. elfje: Een gedicht dat uit elf woorden bestaat. De kinderen beginnen met het maken van een woordweb van hun eigen voetbalclub. Van dit woordweb kiezen ze één woord uit waar ze uiteindelijk hun elfje over maken. Nadat het woordweb is gemaakt, gaan de kinderen hun idee uitwerken. Dit doen ze eerst in het klad. Daarna werken ze hun idee uit op papier. Aan het eind hebben de kinderen hun eigen elfje en een bijhorende tekening. Bij deze creatieve opdracht staat het overleggen, samenwerken en het werken met taal centraal. Begeleiders letten tijdens deze opdracht op de houding van de kinderen en de manier waarop ze met een opdracht aan de slag gaan. Op welke manier wordt het stappenplan gebruikt? In welke mate werken de kinderen zelfstandig aan de opdracht en wat doen ze met de tips die ze van de begeleider krijgen?

Maak het maar: Shervin, Maria en Virgill                                                                                                      Bij deze opdracht maken de kinderen verschillende producten voor de fan shop van hun voetbalclub om te verkopen. Na het bekijken van een filmpje over de opdracht en het lezen van het stappenplan, overleggen de kinderen over wie wat gaat maken. Zo kunnen ze kiezen uit bijv. een doosje, een sleutelhanger, een button, krimpie dimpie, strijkkralen of een tasje. Ieder kind maakt iets anders. Nadat ze het ontwerp gemaakt hebben en aan de begeleider hebben laten zien, mogen ze starten met de opdracht. Tijdens het werken aan de opdracht mogen de kinderen elkaar ook tips geven. Creatief bezig zijn, overleggen en samenwerken staan tijdens deze opdracht centraal. De begeleider bekijkt tijdens deze opdracht hoe het proces van overleggen verloopt en op welke manier de kinderen met de opdracht aan de slag gaan. Werken ze zelfstandig? Stellen ze vragen? Wat doen ze gedurende de opdracht? Hebben ze aandacht voor elkaar en voor het werk van de ander? In welke mate betrekken de kinderen elkaar bij de opdracht? Behalve het creatieve element, staat bij deze opdracht ook het samenwerken, overleggen en zelfstandig werken centraal.

In de tweede helft werd er gewerkt aan de opdrachten ‘Find it’ en ‘PowerPoint’.

Find it!: Shervin en Maria                                                                                                                                     Bij deze opdracht werken de kinderen eerst individueel aan een opdracht op taal- of rekenopdracht. Voor iedere twee minuten dat de kinderen geconcentreerd aan de opdracht werken, kunnen ze foto’s verdienen. Deze foto’s zijn in en om het stadion genomen. Met elkaar gaan de kinderen daarna op zoek naar de plekken waar de foto’s genomen zijn. Wanneer ze de plek gevonden hebben, moeten ze overleggen op welke manier ze op een zo origineel mogelijke manier op de foto gaan. Tijdens het werken aan de opdracht mogen de kinderen elkaar ook tips geven. Creatief bezig zijn, overleggen, samenwerken en jezelf presenteren, staan tijdens deze opdracht centraal. De begeleider bekijkt tijdens deze opdracht hoe het proces van overleggen verloopt en op welke manier de kinderen met de opdracht aan de slag gaan. Werken ze zelfstandig? Stellen ze vragen? Op welke manier gaan ze met de opdracht aan de slag? Behalve het taal- en/of rekenelement staat bij deze opdracht ook het samenwerken, overleggen en zelfstandig werken centraal.

PowerPoint: Nienke, Virgill, Zakaria, Kaya                                                                                                   Bij deze opdracht maken de kinderen een presentatie over een opdracht van Playing for Success. Het onderwerp werken ze eerst uit op papier voordat ze dit in een presentatie gaan verwerken. Belangrijk is dat het verhaal in steekwoorden in de presentatie wordt verwerkt. Wanneer er nog tijd over is, kunnen de kinderen afbeeldingen invoegen en werken aan de lay-out van hun presentatie. Tijdens deze opdracht leren de kinderen werken met het programma PowerPoint aan de hand van een stappenplan. Door de begeleiders wordt gekeken of de kinderen in staat zijn om zelfstandig aan de opdracht te werken. Gebruiken ze het stappenplan? Vragen ze om hulp? Op welke manier gaan de kinderen aan de slag? Daarnaast wordt er gekeken of de kinderen in staat zijn om een verhaal in steekwoorden te noteren. Zelfstandig werken, gebruiken van computervaardigheden (werken met het programma PowerPoint) en het werken aan de taalvaardigheid (gebruik van steekwoorden) staan tijdens deze opdracht centraal.

Wist je dat?

  • Kaya blij was dat ze een keer met de lift mocht?
  • Nienke in het weekend een handbaltoernooi had?
  • Virgill in het weekend is gaan bowlen?
  • Zakaria van smurfenijs houdt?
  • Maria in het weekend twee hockeywedstrijden had?
  • Shervin liever Amerikaans muziek luistert dan Nederlandse muziek?

Voor de foto’s van deze speelronde klik hier

Dit bericht is geplaatst in B!ngoal Stadion, Weblog. Bookmark de permalink.

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.